Een kalfje van nog geen dag oud, dat de benen nam en zich verschool in uitgestrekte maislanden, is teruggevonden met behulp van enkele drones die vrijwilligers van Vogelwerkgroep Geesteren inzetten.
Slapeloze nachten had boer Henri Kolkman uit Den Ham ervan, net als de rest van zijn gezin. De pasgeboren koe was waarschijnlijk door iets opgeschrikt en vluchtte daarop door de omheining heen. Weg was het beestje.
Hoewel de moederkoe dag en nacht stond te loeien, was er geen spoor van het kalfje te bekennen. Kolkman zocht daarom zaterdagmiddag contact met de vogelwerkgroep en vroeg ze hun weidevogeldrone, uitgerust met een dure warmtebeeldcamera, in te zetten om over de uitgestrekte maisvelden van tientallen hectare te vliegen. Anders zou het dier sterven aan een wisse hongerdood.
Zondagmorgen om 5 uur stonden zij er zelfs met twee drones, waaronder eentje van Jan Luttikhuis uit Albergen. Het kalf had al twee dagen geen eten en drinken gehad, terwijl deze gedurende de eerste weken alleen op de moedermelk leven.
Hotspot
Het leek zoeken naar een speld in de hooiberg. De maïs is immers al anderhalve meter hoog. En de vraag was of het kalfje überhaupt nog leefde. Samen met Laurens Brummelhuis en Sven Oude Heuvel van Vogelwerkgroep Geesteren is er op verschillende plekken systematisch gezocht.
Na uren vliegen kreeg de drone van Luttikhuis een hotspot op z’n beeldscherm te zien; een witte, warme plek. Het bleek inderdaad de vermiste viervoeter te zijn, dat op z’n gemak in de mais lag. Het leeft nog en maakt het naar omstandigheden redelijk goed.
Dolblij nam boer Kolkman het kalfje mee in zijn transportbus. Bij terugkomst begon het kalfje als eerste te loeien en direct daarna ook de verontruste moeder, die er snel naartoe liep. Een vlekkeloos verlopen hereniging dus.
