Een uit Zuid-Soedan gevluchte en inmiddels tot Nederlander genaturaliseerde inwoner van Steenwijk is vrijgesproken van de weigering mee te werken aan een ademonderzoek, bedoeld om hem te controleren op het rijden onder invloed.
Vorig jaar, in de vroege ochtend van dinsdag 29 maart, hield de politie nabij een rotonde in Geesteren een grootschalige alcoholcontrole. Joseph L. viel hierbij rond 07.30 uur op. Volgens de dienstdoende beambte was er sprake van een alcohollucht in de auto en de bestuurder moest daarom blazen op een zogenaamd selectieapparaat waarmee kan worden vastgesteld of iemand daadwerkelijk alcohol in het bloed heeft. Agenten probeerden hem vervolgens meermaals te controleren, zowel achter het stuur als later in een politiebusje met een nauwkeuriger ademanalyseapparaat, maar telkens blies de verdachte te weinig lucht uit om daadwerkelijk te laten resulteren in een nauwkeurige uitslag. Vreemd genoeg werd er desondanks geen bloedproef bij hem gedaan en werd hij heengezonden met de opdracht dat hij de komende 24 uur niet mocht rijden. En terwijl hij later die dag bij een klant was, werd zijn rijbewijs alsnog door een motoragent opgehaald.
Politiebeambten hadden namens de man een formulier ingevuld, waaronder ook zijn handtekening staat. Hieruit zou moeten blijken dat hij toe had gegeven de avond ervoor te hebben gedronken en bovendien afstand deed van juridische bijstand. Vooral over dit laatste onderdeel ontspon zich een behoorlijke welles-nietes-spelletje tussen de verdediging en de aanklager, waarbij bovenal de standaardinstructies van de politie ter discussie stonden.
Volgens de Steenwijker, die voor de rechtbank in Almelo met een tolk aan zijn zijde verscheen, had hij simpelweg niet begrepen wat er destijds van hem verlangd werd. “Volgens het OM heeft u onvoldoende meegewerkt”, hield politierechter Sandra Huisman hem voor. Hij, werkzaam als onderhoudsmonteur, en diens raadsvrouw mr. Spaan ontkenden dit ten stelligste. “Met respect voor de officier van justitie, dat is niet zo. Ook toen ze me naar die bus hebben gesleept, ben ik netjes gebleven en heb ik geprobeerd te doen wat ze van me vroegen.”
Officier van justitie Rajcevic vroeg om een voorwaardelijke rijontzegging van 9 maanden met een proeftijd van 2 jaar en €1.000 boete, waarvan de helft voorwaardelijk. De rechter liet later in haar vonnis weten dat het er niet om ging of de verdachte gedronken had, want hiervoor had hij immers geen aanklacht gekregen, maar of hij al dan niet voldoende aan de politiecontrole had meegewerkt. Ze kwam tot de slotsom dat, aangezien de politiemensen hadden kunnen weten dat de verdachte de Nederlandse taal onvoldoende machtig is om goed te snappen wat er van hem verlangd werd, hij vrijgesproken diende te worden. Beide partijen hebben nog 14 dagen de tijd om tegen dit vonnis in hoger beroep te gaan.
