Er wordt – zo lijkt het – geen rechtsmiddel geschuwd als het gaat om de ‘vuile oorlog’ tussen Brezan en Spoolder, beide leverancier van automaterialen in Tubbergen. De gemeente zit als vanzelfsprekend midden tussen het spervuur, maar werd wel door de rechter gedwongen een eerder besluit te heroverwegen.
Spoolder heeft in 2013 verzocht handhavend op te treden tegen de detailhandel in automaterialen die door Brezan (Hesselink Automotive) wordt uitgeoefend, omdat eerstgenoemde van mening is dat deze activiteiten in strijd zijn met het bestemmingsplan. De gemeente oordeelde dat dit niet nodig was en de bezwaarschriftencommissie bevestigde dat vervolgens eind vorig jaar.
Hoewel de bedrijfsactiviteiten van Spoolder vorig jaar zijn gestopt, zijn de eigenaren naar de rechter gestapt wegens de in hun ogen oneerlijke concurrentie van Brezan. Deze laatste verkocht namelijk ook automaterialen aan particulieren, iets wat volgens ‘oudgediende’ Spoolder tegen de regels is.
Op 24 juni 2014 heeft de rechter uitspraak gedaan met betrekking tot het beroep van Spoolder om handhaving tegen het besluit op bezwaar van 16 januari 2014. In dat besluit heeft de gemeente de weigering om handhavend op te treden tegen de bedrijfsactiviteiten van Brezan, gevestigd aan de Galvanistraat te Tubbergen, gehandhaafd. De rechtbank heeft het beroep van Spoolder echter toen wèl gegrond verklaard.
Maar 10% particulier
In de uitspraak van 24 juni 2014 heeft de rechtbank het besluit op bezwaar vernietigd en het college van burgemeester en wethouders opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van die uitspraak. Hiertegen heeft de gemeente hoger beroep ingesteld bij de Raad van State, maar is desondanks verplicht uitvoering te geven aan de uitspraak.
Brezan laat weten dat van de totale omzet ongeveer 90% aan business-to-business klanten, zoals garagebedrijven, carrosseriebedrijven, servìcetankstations, autohandels, landbouwmechanisatie- en transportbedrijven verkocht wordt. Het college van B&W heeft nu wederom besloten het handhavingsverzoek af te wijzen, omdat het verkooppercentage aan de particulieren slechts 10% is van de totale verkoop.
