Gemeente kan nauwelijks rondkomen en eist meer geld van de overheid

Foto: Onbekend

Samen met Dinkelland wil de gemeente Tubbergen dat er meer financiën beschikbaar komen voor beide gemeenten.

Er moet meer geld naar het platteland, vinden wethouder Alfons Steggink (Dinkelland) en Tom Vleerbos (Tubbergen). Het wordt steeds moeilijker om rond te komen van het huidige rijksbudget, zeker nu de gemeenten naast de toegenomen zorgtaken ook zorg moeten dragen voor grote delen van het wegennet en overige infrastructuur. De wethouders spraken hierover met de directie van de VNG en dienden samen met ruim 230 wethouders uit kleine gemeenten een verzoek om koerswijziging in bij minister Plassterk. Op 22 april wordt hierover uitspraak gedaan.

Gemeenten ontvangen maar liefst 60% van hun inkomsten van het Rijk. Dit geld komt onder andere uit het gemeentefonds. Hoeveel een gemeente krijgt, hangt af van het aantal inwoners, de oppervlakte en het aantal leerlingen. Daarbij krijgen grotere steden een extra bijdrage. Omdat de bestaande verdeling van middelen scheefgroei veroorzaakt en niet meer aansluit bij de huidige tijd, heeft het Gemeentefonds groot onderhoud ondergaan en is er eens goed onder de motorkap gekeken.

Tonnen verschil

“Uit onderzoek van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Raad voor de financiële verhoudingen (Rfv) bleek dat door nieuwe criteria en een andere verdeelformule de financiële middelen op een eerlijkere manier over de gemeenten verdeeld kunnen worden”, zegt wethouder Tom Vleerbos. “Bijkomend effect van deze herverdeling is een verschuiving van middelen van ‘grote’ naar ‘kleine’ gemeenten van in totaal €88 miljoen. Dat kan voor Dinkelland en Tubbergen enkele tonnen schelen.”

Er is vastgesteld dat het noodzakelijk is de in 2015 voorgestelde verdeelformule volledig en integraal in te voeren. Het bevreemdde beide wethouders dan ook dat de minister in zijn brief van 10 maart  zich niet ondubbelzinnig achter deze conclusie schaart. “Een herverdeling van financiële middelen is essentieel voor de leefbaarheid van veel plattelandsgemeenten en buitengebieden”, stelt wethouder Alfons Steggink. “Wij hebben daarover veel gesproken met het VNG en op 5 april samen met diverse wethouders en fractievoorzitters van kleinere gemeenten een brief aan Plassterk ondertekend waarin staat dat het van cruciaal belang is dat de uitvoering van dit onderzoek zonder verdere vertraging plaatsvindt.”

Op vrijdag 22 april doet minister Ronald Plasterk hierover uitspraak. Steggink en Vleerbos hopen dat deze gunstig uitpakt voor hun gemeenten. “We hebben er alles aan gedaan om onze invloed uit te oefenen. Nu maar afwachten of het Rijk werkelijk waarde hecht aan de leefbaarheid op het platteland.”

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen