Dorpen Centraal wil dat gemeente 'illegale praktijken' Marktplein Tubbergen aanpakt
Te bizar voor woorden! Zo noemde Dorpen Centraal gisteravond de gang van zaken omtrent de motie over Marktplein Tubbergen. De partij vindt dat het CDA, GB/VVD en PvdA gemeenschapsgeld willen gaan inzetten om op zoek te gaan naar de mazen in hun eigen beleid, om zodoende Marktplein Tubbergen een uitzonderingspositie te geven t.a.v. detailhandel op het industrieterrein.
"Er wordt al jaren actief beleid gevoerd dat erop gericht is om alle vormen van detailhandel te centreren in de dorpskernen. Dit streven is als het ware 'bekroond' met een nieuw bestemmingsplan waar alle partijen eind vorig jaar mee instemden. Het bestemmingsplan is een manier om het teruglopende winkelbestand in stand te houden en daarmee ook de levensvatbaarheid van het centrum, want dat is namelijk ook één van de doelen van dit beleid. En daar ligt ook de reden dat wij onze vraagtekens zetten bij het toestaan van detailhandel op het industriegebied. De ervaring uit het verleden heeft ons geleerd dat als je deze deur een keer openzet, deze niet meer te sluiten is", zo legt Anoesjka Kemperink (DC) uit. "Het toestaan van deze ene uitzondering heeft helaas verstrekkende gevolgen. Vanuit het gelijkheidsbeginsel kun je niet bij de ene detailhandel wel toestaan en bij de andere niet. De vraag is ook, moet je dat willen? Er zijn mensen die ons standpunt niet begrijpen, maar stel je voor dat een aantal kledingzaken uit het centrum de krachten zouden bundelen en ook zonder de juiste vergunningen gezamenlijk een pand op het industrieterrein gaan inrichten met kledingkramen en rekken met kleding omdat het daar nu eenmaal goedkoper is. Dan zit je met een soortgelijk of aanverwant concept. Dan moet je wel heel goed uit kunnen leggen waar het onderscheid nu precies zit. En daarbij betekent dit ook dat er opeens nog meer panden midden in het centrum leeg komen te staan. Wij vinden dit alles niet bijdragen aan het behoud van de dorpskern en daarom leggen wij daar momenteel onze prioriteit, ondanks dat dat misschien niet de meest populaire stellingname is."
"En natuurlijk gunnen wij de ondernemers van het Marktplein een goedlopende zaak met dit concept. Dit zou bijvoorbeeld ook zonder problemen kunnen in het tuincentrum op de Esch waarbij we geen risico lopen op een precedentwerking. Wij zijn van mening dat als je detailhandel gaat verkopen op een plek waar geen detailhandel is toegestaan, je een zeker ondernemersrisico neemt. Wij vinden niet dat het ondernemersrisico van deze ondernemers bij onze burgers neergelegd kan worden. Daarom was onze verbazing ook zeer groot toen wij lazen dat de andere partijen er voor kiezen om gemeenschapsgeld in te zetten om voor deze ondernemers op zoek te gaan naar de mazen in het eigen beleid. Hoe vreemd is dat? En de vervolgvraag; gaan ze dit ook voor andere ondernemers doen?"
"Dat het juridisch dichttimmeren van de verkoop van tweedehands goederen erg moeilijk is, is een feit. Volgens het bedrijfschap detailhandel wordt het volgende tot detailhandel gerekend: 'Verkoop van goederen zowel nieuw als tweedehands aan particulieren'. Hoe kun je nu ooit juridisch met zekerheid aantonen dat tweedehands een uitzondering kan krijgen t.o.v. nieuw artikelen als dit beide onder de detailhandel gerekend wordt? Het is juridisch in feite niet mogelijk om hier onderscheid in te maken. En geven wij hiermee de mensen van het Marktplein geen valse verwachtingen? Wij voorzien niet alleen een precedentwerking, maar ook onnodige gerechtskosten waar de burger voor op moet draaien als er ondernemers zijn die eenzelfde uitzonderingspositie wensen. Laten we leren van de fouten die de partijen in het verleden hebben gemaakt" want, zo geeft Kemperink aan, "als je hetzelfde beleid blijft voeren als wat je in het verleden ook deed, dan blijf je dezelfde resultaten behouden. Wat ons ook verbaasde is dat er geen contact is geweest met de OHT in Tubbergen en gevraagd is of zij deze motie ook steunen. In het coalitieakkoord spreekt men over samenwerking met ondernemers en juist op cruciale momenten wordt de mening van de OHT niet in de afweging meegenomen. Ze hebben vanaf de start van het Marktplein al aangegeven dat ze het niet eens waren met de niet legale activiteiten die daar plaats hebben gevonden. Er is dan ook al eerder, schriftelijk, bij de gemeente aangegeven dat ze handhaving gewenst vonden. En ook gisteravond hebben alle fracties een brief mogen ontvangen van de OHT met daarin het verzoek aan het college om te gaan handhaven."
"Alles bij elkaar in overweging genomen zouden wij de partijen en ook de gemeente adviseren om duidelijk te zijn naar alle betrokkenen. Geef eerlijk aan dat het juridisch praktisch onhaalbaar is om een uitzondering te maken omdat de gevolgen te verstrekkend kunnen zijn. Volg je eigen beleid en wees zorgvuldig met het uitgeven van het geld van onze burgers. Want zeg nu zelf; eigenlijk is het niet uit te leggen aan onze inwoners dat je gemeenschapsgeld gebruikt om iets te onderzoeken wat ook heel goed door de ondernemers zelf onderzocht had kunnen worden de afgelopen maanden", aldus Kemperink.
