Spanning staat van de gezichten af te lezen, als ’s middags de praktijkdeskundige examinatoren rondlopen om te kijken hoe het met alle voorbereidingen staat. De studenten horecamanager/ondernemer die vandaag voor het laatst hun bekwaamheidsproef afleggen, moeten echt stevig in de schoenen staan.
Niet veel ouder dan begin 20 en dan al een eigen pop-up restaurant runnen, het zij een fictieve. Maar dan wel zo levensecht als maar kan. Dat is de opdracht die 32 vierdejaars studenten, voor de eindexamenopdracht opgedeeld in groepjes van 4, meekregen. “Zij zijn overal zelf verantwoordelijk voor: het menu, de wijnkeuze, inrichting, financiën, pr en personele planning. Ze sturen hun complete brigade, dus ook de keuken waar andere mede-studenten aan de slag gaan met de verschillende gerechten, aan”, legt docent André Hofman uit. “In principe alles wat ze geleerd hebben, brengen ze hier in de praktijk.” En dat onder de spiedende neus van horecadieren met jarenlange ervaring, zoals Philip Kampkuiper en Thomas Horstman.
Tussen de 8 restaurants zit een wereld van verschil, zo valt examinator Philip op. “Kijk alleen al maar naar de aankleding, het menu en hoe ze hun ‘personeel’ instrueren. Je kunt het zo gek niet bedenken of een bepaald groepje heeft wel voor een bepaalde oplossing gekozen. Tja, en dan maar afwachten hoe het straks gaat uitpakken”, zegt hij met voorzichtige toon. “Gelukkig zijn het 2 dagen waarin ze kunnen laten zie wat ze waard zijn. Lukt het niet op de eerste dag, dan kun je daarna nog het e.e.a. aanpassen. Daar is nadrukkelijk de ruimte voor, ook in overleg met de docenten en examinatoren. We vergeten niet dat het beginnelingen zijn die nog veel moeten leren, maar het is zeker wel spannend voor ze.”
Voor het culinaire event, gehouden in het atrium van het ROC van Twente in Almelo, moesten de studenten ook zelf personeel en gasten werven. Deze laatsten worden naderhand gevraagd naar hun ervaring en dienen ook netjes te betalen voor hun diner en drankjes. Daarna is het een kwestie van kijken of het vooropgezette bedrijfsplan al dan niet gewerkt heeft. “Een unieke aanpak”, vertelt André trots. “De examens kopen we in, maar dit vergt enorm veel van alle docenten. Iedereen werkt hieraan mee, stopt er veel tijd in. Neem de docent Nederlands en ze krijgen hier ook een vak rechten. Zij controleren vanuit hun vakgebied wat de leerlingen doen. Daar ben ik echt heel voldaan over, die passie wat zij – samen met de studenten hier – tonen.”
