De vondst van een verborgen cultusplaats uit de 7e eeuw in het Springendal getuigt van de botsing tussen de oude heidense religies en het christendom – dat geen concurrentie duldde.
In 2020 en 2021 deed een groepje met een metaaldetector de vondst van hun leven toen ze in Hezingen een indrukwekkende hoeveelheid gouden en zilveren munten ontdekten. Naar nu blijkt dat die ontdekking tot iets veel groters heeft geleid. Na de metaaldetectorvondsten begonnen archeologen het gebied in detail te onderzoeken en ze legden uiteindelijk een cultusplaats uit de vroege middeleeuwen bloot.
De systematische opgraving toonde aan dat er over een periode van 100 jaar met regelmatige tussenpozen munten en juwelen waren geofferd.
De cultusplaats was in gebruik in de 7e eeuw en biedt een zeldzaam inzicht in de lokale rituelen voordat het christendom het gebied definitief overnam. Dit blijkt uit een onderzoek dat is gepubliceerd in het tijdschrift Medieval Archaeology.
De archeologen kunnen niet met zekerheid zeggen aan welke goden er geofferd werd.
De ontdekking van een niervormige juwelenhanger doet de onderzoekers echter vermoeden dat het een symbolische voorstelling was van de god Wodan en zijn raven. Een onderzoeker heeft eerder een link vastgesteld tussen Wodan en niersymbolen. De Germaanse god Wodan is ook bekend uit de Noorse mythologie, waar hij de naam Odin heeft.
De onderzoekers weten dat christelijke missionarissen vooral aanstoot namen aan gouden en zilveren offers, die zij ‘munten van de duivel’ noemden. Dit soort offers was verboden en om christen te worden moest je zweren dat je niet meer zou offeren. "De inwoners van het gebied waren zich waarschijnlijk bewust van deze nieuwe religie (het christendom), die allesomvattend was en geen concurrentie duldde", aldus het artikel.
Tot nu toe was de consensus in het onderzoek dat rond 760 christelijke missionarissen in het gebied begonnen te prediken en de eerste kerken bouwden. Maar Hezingen werd al rond 700 verlaten en onderzoekers wijzen er nu op dat het gebied bijzonder interessant is. Misschien waren het de vroege christenen in het gebied die de heidense groep verdreven, suggereren ze.