Een uitzonderlijk tafereel in de rechtbank te Almelo: meteen nadat de rechter uitspraak had gedaan in een ontvoeringszaak werd verdachte Jordi N. door drie zogeheten parketagenten omsingeld en ter plekke aangehouden.
Reden hiervoor is dat hij te boek stond als ‘gesignaleerd’. De man, woonachtig te Mander, was in persoon voor de rechter verschenen en hield zich naar eigen zeggen aan alle hem opgelegde maatregelen. Zoals een meldplicht bij de reclassering. Maar doordat hij daar in het begin niet altijd naartoe gegaan is, volgens hemzelf omdat hij toen nog werkzaam was als internationaal vrachtwagenchauffeur, werd hij tot voortvluchtig bestempeld door politie en justitie.
De arrestatie leidde tot verbijsterde gezichten bij alle aanwezigen in de rechtszaal, om dat niemand – afgezien van de politie – hiervan op de hoogte bleek te zijn. N. en zijn advocaat Dick Kant protesteerden gelijk en vroegen om opheldering. Eén van de agenten daarom legde uit dat hij van tevoren contact had opgenomen met de instanties die hierover gaan en dat de signalering wel degelijk correct was.
De officier van justitie zegde hierop toe meteen deze curieuze toestand uit te willen zoeken, omdat hij inzag dat de realiteit – de even daarvoor gevoerde rechtszaak – vermoedelijk de voortvluchtige status van N. had ingehaald.
Ontvoering
Dat de 25-jarige N. voor de politierechter moest verschijnen had te maken met de ontvoering van zijn voormalige vriendin. Ze hadden eerst bij de McDonald’s in Oldenzaal afgesproken en daar was een heftige ruzie ontstaan. Vervolgens reden ze afzonderlijk van elkaar weg en kwam het bij een cafetaria in Geesteren tot een handgemeen, waarbij hij de vrouw onder meer aan d’r haren meesleurde naar zijn auto. Haar auto had ie daarbij klemgereden en er werd ook nog met een klomp gesmeten. Getuigen sprake van een bizarre en gewelddadige toestand.
N. reed daarna met haar in z’n auto weg naar hun toentertijd gezamenlijke woning. Het slachtoffer omschrijft hem als een over het algemeen aardige en rustige kerel, die soms tot ontploffing komt. Hij gaf dit ter zitting grif toe. “Ik weet niet meer precies wat er gebeurd is. Het is hartstikke erg en had nooit mogen gebeuren.”
Volgens het Openbaar Ministerie zijn de handelingen van N. weliswaar niet te vergelijken met geruchtmakende ontvoeringen als die van Gerrit Jan Heijn of Freddy Heineken, maar is wél hetzelfde rechtsartikel van toepassing voor zulke wederrechtelijke vrijheidsontneming. Oftewel het onder dwang meenemen van een iemand die dat zelf niet wil. Er werd hierom 80 uur werkstraf, waarvan de helft voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, tegen hem geëist. Hierbij is mede rekening gehouden met een eerdere veroordeling voor huiselijk geweld.
Uitspraak
De rechter vond niet alleen de tenlastegelegde ontvoering bewezen en volgde de eis van het OM, maar legde ook 3 dagen onvoorwaardelijke celstraf op. Dat komt overeen met de tijd die hij al in voorarrest heeft gezeten.
Zowel de aanklager als de verdediging deden gelijk afstand van hoger beroep. Het is onbekend of N. inmiddels weer op vrije voeten is.
