Waarom vies water weer in de grond stoppen als het ook bovengronds schoongemaakt kan worden? Met die gedachte als basis wil wethouder Erik Volmerink voorkomen dat de NAM weer in Twente afvalwater gaat injecteren.
Volmerink maakt zich hard voor de techniek die het nog vrij jonge bedrijf Salttech uit Sneek beheerst. Volgens hem bestaat dit uit het zuiveren van het water, zodat de individuele bestanddelen verder verwerkt of zelfs hergebruikt kunnen worden. Zoals ook het zoute deel, dat na bewerking als een soort pekelwater tegen gladheid ingezet kan worden door de gemeenten c.q. provincies. “Op ambtelijk niveau heb ik de minister hierover al geïnformeerd, over deze vrij nieuwe technieken. Het mooie is, geeft Salttech aan, dat deze methode veel goedkoper is dan tot nu toe aangenomen wordt in de onderzoeken naar andere opties voor het injecteren van NAM-afvalwater. Bovendien kan er, zo is mij beloofd, op korte termijn met een proef gestart worden. Dan heb je het over 2 weken of misschien een maand. Dus grote hoeveelheden afvalwater die door de machines van Salttech bewerkt worden, dat zodanig restproducten overblijven die voor het milieu niet of nauwelijks schadelijk meer zijn en daarna weer gebruikt kunnen worden voor andere – meer dagelijkse – toepassingen.”
Van een doorbraak durft de wethouder zelf nog niet te spreken, maar hij is wel zeer optimistisch. Volmerink: “Kijk, ik ben geen technicus en heb ook geen glazen bol voor handen. Het is nu aan de desbetreffende instanties om e.e.a. in de praktijk te testen en vervolgens door te rekenen.”
‘Voorlopig niet meer in Tubbergen’
Morgen wordt er in een kamercommissie gesproken over de eventuele voortzetting van de injecties door de NAM. Uit hun voorlopige plannen blijkt dat er binnen de gemeente Tubberen de komende tijd geen afvalwater meer in voormalige gasvelden gespoten zal worden. “Maar zeker is dat allerminst, al helemaal niet op de lange termijn”, aldus wethouder Volmerink. “De NAM zet nu vooral in op de velden in Dinkelland en Oldenzaal, maar we hebben afgesproken met elkaar te zullen optrekken en dat gaan we dan ook absoluut blijven doen.”
